5.9 ℃
Beitel
In de nacht van 10 op 11 oktober vorig jaar dringt de man – met een capuchon en zonnebril op – een woning in Huizen binnen. De bewoner is nog wakker en ziet de man gewapend met een beitel op zich af lopen. De indringer zegt dat hij geld nodig heeft voor zijn drugsprobleem. De man zoekt op meerdere plekken in de woning naar geld en waardevolle spullen. Hij neemt naast geld onder andere de trouwring, het horloge en een geboorterammelaar van de bewoner mee. Daarna moet de bewoner de auto starten en langs verschillende tankstations rijden. Daar moet de man geld pinnen en sigaretten voor de indringer kopen.
Verschillende verklaringen
Tijdens de inhoudelijke behandeling van deze zaak vertelt de indringer dat hij snapt dat de man zich bedreigd en bang voelde. Ook had hij de trouwring meegenomen om terug te geven. Toch zegt hij niet te hebben gedreigd met geweld en dat het initiatief om te gaan rijden en pinnen vanuit het slachtoffer kwam. Dat gelooft de rechtbank niet. Er is geen aanleiding om te twijfelen aan de verklaring van de bewoner over de manier waarop de indringer dreigde met de beitel en de dreiging die uitging van de drugsverslaafde man die vermomd en met een wapen zijn woning binnenkwam.
Onvoorwaardelijke gevangenisstraf
Enkel om in zijn drugsgebruik te voorzien is de indringer laat in de avond de woning van het slachtoffer binnengedrongen. Hij maakte zich die avond schuldig aan diefstal, afpersing en – zoals dat juridisch heet – wederrechtelijke vrijheidsberoving. De bewoner heeft die avond ruim anderhalf uur, in angst, met de indringer moeten doorbrengen. Het is aan de kalmte van het slachtoffer te danken dat deze situatie niet nog verder is geëscaleerd.
De man uit Huizen is veelvuldig veroordeeld voor vermogensdelicten. Ook is hij in het verleden meerdere keren langdurig opgenomen geweest. Daarnaast liep hij nog in een proeftijd van een eerder opgelegde voorwaardelijke straf. Nu weer een (deels) voorwaardelijke straf – met voorwaarden – vindt de rechtbank een gepasseerd station. Dat de man hulp nodig heeft is duidelijk, maar de rechtbank is van oordeel dat deze hulp beter kan worden geboden in het kader van de voorwaardelijke invrijheidsstelling van zijn onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Naast die straf van 42 maanden bepaalt de rechtbank dat de eerder opgelegde voorwaardelijke straf van 109 dagen nu alsnog ten uitvoer wordt gelegd.
