VINKEVEEN - In de vroege ochtend van 6 maart dit jaar vindt op de parkeerplaats van restaurant Harbour Club in Vinkeveen een liquidatiepoging plaats met een ongekende explosie van vuurwapengeweld tot gevolg. Eén aanvaller komt hierbij om het leven. Het beoogde doelwit raakt zwaar gewond en ook een buitenstaander wordt in zijn bovenbeen geraakt door een verdwaalde kogel. Vandaag eiste het Openbaar Ministerie een gevangenisstraf van zestien jaar tegen een 21-jarige man uit Lelystad. Hij wordt verdacht van onder meer poging moord op het beoogde slachtoffer van de liquidatie en van verboden wapenbezit.


Verdachte werkte samen met handlanger

Uit het politieonderzoek blijkt in de visie van het Openbaar Ministerie dat de verdachte die vandaag terecht stond samen met een handlanger naar Vinkeveen is gereden. Daar hebben ze urenlang op het parkeerterrein bij de Harbour Club heeft gewacht tot het beoogde slachtoffer naar buiten zou komen. Als dat eenmaal gebeurt, beschiet de handlanger van de verdachte het slachtoffer met een automatisch vuurwapen. Het beoogde slachtoffer wordt niet geraakt, maar een onschuldige omstander wordt wel getroffen door een kogel en raakt gewond. De handlanger valt het slachtoffer dan fysiek aan en slaat hem onder meer hard op zijn hoofd met het vuurwapen.

Handlanger van verdachte werd tijdens de aanval doodgeschoten door het beoogde slachtoffer

De verdachte is met de auto meegereden met zijn oplopende handlanger en biedt hem dekking in het voertuig als hun doelwit besluit om terug te schieten. Na kort weggereden te zijn brengt de verdachte zijn handlanger – die in de auto inmiddels voorzien is van een nieuw wapen - opnieuw naar het dan gewond op de parkeerplaats liggende slachtoffer. De aanval stopt als het slachtoffer de handlanger in zijn hoofd schiet. Die hangt dan al schietend met een automatisch wapen uit het raam van de auto. De verdachte rijdt zijn handlanger vervolgens naar het ziekenhuis. Hij blijkt echter niet meer te redden en overlijdt later die dag. Het beoogde slachtoffer van de liquidatie heeft een schedelbasisfractuur en een gebroken been opgelopen, maar overleeft de aanval.

Verdacht van poging moord

Uit onder meer onderzoek naar zijn telefoon, afgeluisterde gesprekken en sporenonderzoek naar de gebruikte vuurwapens blijkt dat de verdachte intensief betrokken was bij de liquidatie en hij onder meer verantwoordelijk was voor het leveren van de vuurwapens. Gedurende de bewuste nacht speelde hij bovendien een actieve rol en vormde hij een onmisbare schakel bij de uitvoering van de liquidatiepoging. Hiermee heeft hij zich in de visie van het Openbaar Ministerie schuldig gemaakt aan poging moord, ondanks het feit dat hij zelf niet geschoten heeft.

Het zware vuurwapengeweld wordt de verdachte zwaar aangerekend. Dat het slachtoffer niet overleden is, mag een wonder genoemd worden. De door een kogel geraakte omstander kan het gelukkig na vertellen, maar ook dat had heel anders af kunnen lopen. Bovendien hebben andere omstanders, mensen die gewoon een gezellige avond uit waren, enorme risico’s gelopen. Ook het feit dat de verdachte geen openheid van zaken gegeven over zijn motieven is meegewogen bij het bepalen van de strafeis. Alles overwegend is in de visie van het Openbaar Ministerie alleen een lange gevangenisstraf van zestien jaar passend. Het moet duidelijk zijn dat dit soort geweld totaal ontoelaatbaar is. Wie kiest voor deze vormen van zware criminaliteit loopt groot risico om langdurig de gevangenis in te gaan of, zoals het tragische lot van de handlanger van de verdachte laat zien, om zijn handelen met de dood te moeten bekopen.

Ook onderzoek naar doodschieten van handlanger

Ook naar het doodschieten van de handlanger door het beoogde slachtoffer van de liquidatie wordt strafrechtelijk onderzoek verricht. In deze zaak doet de verdediging een beroep op noodweer. Het Openbaar Ministerie zal hierover op een later moment een definitief standpunt innemen.